Dit is een verhaal van Harry de dikke kater. Hij beleeft veel leuke avonturen. Lees maar snel verder, hij zal je er alles over vertellen…
Ik liep weer eens in het park, zag een klein meisje op een bankje zitten. Ik ging er heen, kleine meisjes zijn altijd goed voor een paar knuffels. Ik sprong op de bank en zag dat het meisje huilde. Ze aaide me wel. Maar ze was er niet helemaal met haar gedachten bij. Ik vroeg me af wat er aan de hand is.
Na een tijdje begon het meisje te praten. ‘Hallo poes, hoe heet jij?’ vroeg ze. Ja, dat is lekker. Ik kon toch geen antwoord geven. Dus gaf ik haar maar een… koppie…. ‘Ik heet Melanie’, zei ze. ‘Ik woonde aan de andere kant van het park. Ik ben van huis weggelopen en ga nooit meer terug.’ O, Jee, o, nee, problemen dus. Ik gaf nog wat ..koppies..aan haar. ‘Ik ga niet terug zonder mijn konijntje’, zei ze. Gelukkig dat viel mee. Nu alleen nog even dat konijntje zoeken en klaar.
Plotseling schrok ik op, zei ze nou, konijntje !? Wij habben toch een konijntje! Zou ik toch bijna zelf vergeten dat Schatteboutje een konijntje is. Met twee pootjes trok ik haar aan haar jas. Ze begreep het natuurlijk niet. Gelukkig kwam daar Joep van de poep aan vliegen. ‘Joep, Joep van de Poep’, roep ik zo hard mogelijk, ‘ga Knuffel het Schatteboutje halen.’ Joep kwam, om me heen vliegen en ik vertelde wie Melanie is. Ik heb nog nooit een vlieg zo hard weg zien vliegen. Na een tijdje kwamen Joep en Knuffel onze kant op. Ik tikte weer met me pootjes op de arm van Melanie. Ze keek naar me, en dan naar wat onze kant op kwam. Ze sprong van het bankje en rende naar ze toe. ‘KNUFFEL,….SCHATTEBOUTJE…Je bent het echt !!!’ Knuffel sprongt in de armen van Melanie en samen rollen ze over de grond. Ze lachten en huilden tegelijk. Eindelijk waren ze weer samen.
In de verte kwam er een fietser aangereden. Toen de fietser dichterbij was, stapte deze af. Ik had het vermoeden dat het de moeder van Melanie was. Ik had gelijk. O, jee, o, nee, dat ging zo maar niet! Ik ging tussen Melanie, die Knuffel vasthield, en haar moeder instaan. Ik nam een gevaarlijke houding aan. Tot hier en niet verder !!!!!! De moeder bleef staan en dat was heel verstandig. Niemand kwam langs Harry, toch? De moeder wilde op Melanie gaan mopperen dat ze niet mocht weglopen, maar ze zag dat Melanie het schatteboutje in haar armen hield. Ze schrok en werd een beetje bleek. ‘Kijk mam’, zei Melanie, ‘Knuffel is terug.’ ‘Hij was het park ingelopen.’
De moeder werdteen beetje rood. ‘Hij was niet weggelopen hoor’, zei Melanie, ‘hij was gewoon verdwaald.’ De moeder werd nog roder. ‘Maar nu heb ik hem weer gevonden en kan hij weer mee naar huis, ja toch?!’ De moeder stond zich nu echt te schamen. Ze had natuurlijk niet verteld dat ze zelf Schatteboutje naar het park had gebracht. Net goed, ga je maar schamen, heel veel. Zo ga je niet met dieren om, moeder van Melanie! De moeder zei, dat ze met Melanie moest praten. Samen gingen ze op het bankje zitten. Ik had nog steeds mijn dreigende houding. Ook Joep zat klaar om te gaan pesten En geloof me, dat kan hij heel goed. Hij gaat om je hoofd vliegen en gaat steeds daar zitten waar je niet goed bij kan, of waar het heel erg kriebelt.
De moeder begon met Melanie te praten ‘Knuffel mag mee naar huis, maar…..moet in een buitenhok wonen. Hij mag niet meer binnen. Je bent allergisch voor konijntjes. Vandaar het vele niezen en de natte oogjes. Je kan ziek worden van het Schatteboutje. Jullie mogen wel buiten met elkaar spelen maar bij de eerste nies moet je naar binnen komen. Je moet dan goed je kleertjes af borstelen en je handjes wassen. Alleen dan kunnen we het nog een keer proberen. Als je dat belooft, mag Knuffel weer mee naar huis.’ Melanie keek een beetje triest. Ze wist zelf ook wel dat ze veel moest niezen als knuffel bij haar op bed speelde. Ze keek naar haar schatteboutje en die keek terug. Samen knikten ze van JA. Alles was beter dan elkaar nooit meer zien. Knuffel gaf een pootje, Melanie gaf een handje en plechtig beloofden ze de moeder om zich aan de regels te houden. Even later namen wij afscheid van Knuffel, het Schatteboutje. Ze zou hier nooit gelukkig geworden zijn, dus lieten we haar graag gaan.
Dag lieve Knuffel, je bent ECHT een Schatteboutje.
Dag lieve Melanie, pas goed op jezelf en op het enige konijntje dat niet weet dat ze een konijntje