Er was eens een meisje. Ze was heel gelukkig. Totdat ze ging verhuizen. Heel ver weg van al haar vriendjes. Ze was bang dat ze helemaal geen nieuwe vriendjes meer zou krijgen.
In de nieuwe buurt waar ze ging wonen, speelde ze vaak alleen buiten. Er waren veel kinderen in de buurt die allemaal samen speelden. Op een dag kwam er een meisje naar haar toe en zei ‘Heb je zin om mee te gaan spelen?’ ‘Ja hoor,’ zei het droevige meisje. ‘Wat gaan we doen? Verstoppertje spelen? Dat lijkt me leuk!’ Zo speelden de twee meisjes iedere dag samen. Het droevige meisje was nu niet droevig meer. Ze kreeg steeds meer vriendjes waarmee ze vaak speelde.
Tot haar moeder op een dag vertelde dat weer gingen verhuizen… Eerst werd het meisje weer droevig. Omdat ze al haar vriendjes weer moest achterlaten. Maar al haar vriendjes beloofden haar vaak op te komen zoeken en haar moeder wist zeker dat ze ook in de nieuwe buurt weer snel vriendjes zou krijgen. Dat vond ze een leuk idee.
De dag van de verhuizing kwam steeds dichterbij maar het droevige meisje zag er helemaal niet tegenop. Ze vond het juist leuk om te gaan verhuizen. Zo kon ze weer nieuwe vriendjes maken. Verhuizen was dus helemaal niet zo erg! .