Susanne zit aan het ontbijt. Ze heeft rode wangetjes. Ze voelt zich niet lekker. Ze zucht. Ze pakt haar beker met melk om eruit te gaan drinken. Ze vindt het niet lekker. Als ze een slok heeft genomen zet ze de beker snel weer weg. Ze heeft ook buikpijn.
Ze kijkt naar mama. Mama ziet meteen dat er iets is. ‘Wat is er lieverd?’, zegt mama tegen Susanne, ‘Voel je je niet zo lekker?’ Susanne begint te huilen. ‘Het is helemaal niet erg, ik bel school wel op dat je ziek bent en dan mag je lekker met een dekentje op de bank liggen.’ zegt mama. Als mama de school heeft gebeld haalt ze een lekker dekentje voor Susanne. Ze mag op de bank gaan liggen met het kussen van haar bed! Mama haalt een lekker glaasje water voor haar en doet een spelletje met Susanne.
Susanne is wel al snel moe, en ze gaat nog even slapen. Als ze wakker wordt mag ze van mama televisie kijken. Ze wil een filmpje van Bassie en Adriaan zien. Van het filmpje wordt Susanne weer erg moe. Ze doet nog even haar ogen dicht. Dan hoort ze de stem van mama. ‘Susanne, ik moet even een boodschapje doen.’ Susanne mag een muziekje kiezen die ze graag wil luisteren als mama boodschappen aan het doen is. Ze kiest kinderen voor kinderen. Rustig luistert ze naar de muziek.
Als mama terug komt van het boodschappen doen en ze alle boodschappen heeft opgeruimd, ziet ze dat mama nog iets in de tas heeft zitten. Het is iets met een mooi papiertje eromheen. Een kadootje! Susanne scheurt het papiertje ervan af. Het is een mooi boek met plaatjes. Er staan dieren in. Ook haar lievelingsdier, een konijn. Ze geeft mama een dikke kus.
Dan hoort ze de deur. Daar is papa! ‘Waar is mijn lieve zieke kleine meid?’ zegt papa. Gauw trekt Susanne het deken over haar hoofd. Papa komt binnen en zegt: ‘He, er is alleen maar een deken.’ En papa begint het deken te knuffelen. Susanne moet heel hard lachen, maar stopt al gauw als ze haar hoofd weer voelt. Dan pakt papa haar tas. Hij heeft ook een kadootje! Papa heeft een lieve knuffelbeer meegenomen. ‘Dank je wel pap’, zegt Susanne. Dan geeft ze papa een knuffel.
Susanne vindt het niet leuk dat ze ziek is, maar ze vindt het wel fijn dat papa en mama zo lief voor haar zijn!